h

Foutje

24 januari 2016

Foutje

In mijn vorige stukje heb ik een fout gemaakt. Bij deze wil ik die fout herstellen.

Ik schreef het volgende:

“Op 9 oktober 2014 werden de Verordeningen Jeugdhulp zonder beraadslaging conform voorstel burgemeester en wethouders aangenomen. Dit betekende dat dit belangrijk gegeven betreffende onze Jeugd door middel van een hamerstuk in een raadsvergadering is aangenomen. Op zich niets mis mee, misschien is het wel een volmaakt goed stuk maar tot op heden kan ik geen info vinden hoe het werkt. En of Raadsleden, bezien vanuit hun verantwoordelijkheid voldoende op de hoogte zijn van de kwaliteit.

Een, door mij, zeer geacht raadslid reageerde hierop als volgt:

Als een verordening jeugdhulp in een raadsvergadering als hamerstuk wordt aangenomen, betekend dit dat er vooraf terdege goed over gediscussieerd en nagedacht is.

Het is het tegendeel van wat je suggereert.”

Ik ben daarop intensiever gaan zoeken en inderdaad de Raad heeft voldoende informatie gekregen of kunnen krijgen om met een hamerstuk deze belangrijke Verordening af te doen.

Ik heb o.a. gevonden dat er op 10 sept. 2014 een gezamenlijke informatieavond is geweest voor raadsleden van de gemeenten Leudal – Nederweert en Weert. Zij kunnen dus goed op de hoogte zijn geweest van het feit dat deze verordening waterdicht was en met een hamerstuk afgehandeld kon worden.

Ik hoop dat ik door dit schrijven een voldoende rectificatie gegeven heb.

Het raadslid vroeg mij ook of het mijn bedoeling was om met dit stukje na te gaan en te evalueren hoe de gemeenteraad en de wethouders het eerste jaar zijn omgegaan met de invoering en uitvoering van de nieuwe WMO.

Dit klopt inderdaad en dit evalueren heb ik ook gedaan voor de nieuwe Participatiewet en de Jeugdzorg.

Die vallen immers vanaf 1 januari 2015 ook onder de verantwoordelijkheid van de gemeenten en de kwaliteit van die invoering is van groot belang voor onze Leefbaarheid, naar mijn mening!

Voor de duidelijkheid hierbij mijn volledig antwoord aan het raadslid omdat in dit antwoord mijn bedoeling van twee jaren geleden, om deze column te gaan schrijven, is terug te vinden:

“Ja dat klopt, ik wil inderdaad nagaan en evalueren hoe de gemeenteraad en de wethouders zijn omgegaan met deze belangrijke Zorginvoering in onze gemeente. Ik probeer namelijk al twee jaren mijn bijdrage te leveren in de pogingen dat dit evalueren uiteindelijk meer burgers zelf gaan doen. De tijd is niet ver meer dat ik stop met mijn stukjes schrijven. Vóór die tijd wilde ik echter de lezer verklaren waarom hij/zij méér dan voor 1 jan.2015 het politieke gebeuren zou moeten gaan volgen. (Krap de helft, 53,9%, van de stemgerechtigde Weertenaren toonden in 2014  nog interesse in het politieke gebeuren, in 2010 was dit nog 55,04%). Ik probeer voor ons als burgers het grotere eigenbelang sinds 1 januari zichtbaar te maken. Het eigenbelang lijkt mij namelijk, een grote motivator om wel te gaan stemmen .

Naar mijn mening zal de burger echter eerst overtuigd moeten zijn van dit groter eigenbelang, wat voortkomt uit de nieuwe rol van ons college en onze gemeenteraad, sinds 1 jan.2015.

De Raad is in dit spel belangrijker dan het college omdat ze nu eenmaal bepaalt welk college ze geschikt acht om uitvoering te geven aan de beleidsstukken in de geest van de Raad. Betreffende de taak van de Raad lees ik, zoals elke burger kan lezen, op de Weerter site:

De Raad beraadt zich op ontwikkelingen en stelt de uitgangspunten van beleid vast.
Dit beleid vormt de basis voor de uitoefening van de bestuursbevoegdheden door het college. De raad controleert vervolgens of het college dit goed gedaan heeft.

Veel burgers, maar ook raadsleden, zijn naar mijn mening blijven hangen in de cultuur van het tijdperk vóór de wet op  het dualisme.( Deze wet is ingevoerd op 7 maart  2002. De rollen, taken en posities van de raad en het college werden gescheiden. Téveel respect, vanuit het verleden, voor het specialisme en de status van het college, verlamde wel eens de Raad waardoor de noodzakelijke controle soms werd overgelaten in “vertrouwen hebben” met de onnodige nadelige gevolgen. De wethouder ontslaan lijkt dan daadkrachtig maar dit ontslaan geeft tevens aan dat de Raad zijn controlerende taak niet goed heeft gedaan!

Vertrouwen hebben is goed maar controle is beter.

Mijn mening voor wat die waard is.

De Raad is, zoals gezegd, de baas in de gemeenten met de daarbij behorende verantwoordelijkheid. Toch eigenlijk is de burger de baas omdat hij/zij elke vier jaren de Raad kan kiezen. Daarop wilde ik mijn lezers, in mijn laatste stukjes wijzen. De burger behoort zijn/haar verantwoordelijkheid te nemen door het spel te volgen en daarop zijn/haar keuze te maken, eens in de vier jaren.

We moeten ons niet laten leiden door mooie foto’s en slogans op lantarenpalen etc.van vóór de verkiezingen, maar de zaak volgen tijdens het spel!

Aan dit goede democratisch systeem wil ik mij best onderwerpen. De legitimiteit van de Raad kan echter, voor mij, op 2 manieren worden aangetast waardoor ik veel moeite zou hebben om mij ondergeschikt te maken.

  1. Als het aantal kiezers onder een acceptabele grens komt te liggen.Stel je voor dat we geregeerd zouden gaan worden door dertig procent kiezers die daardoor de dienst uit zouden gaan maken voor allen! Misschien overdrijf ik maar waar dit toe kan leiden is te zien in de populatie mensen die momenteel onderdak vinden in onze kazerne.   
  2. Als de kiezer zijn keus alleen maar zou maken op de mooie slogans en foto’s van voor de verkiezingen.

Dat dit gebeurt kan ik natuurlijk nooit hard maken maar ik kan wel proberen de lezer van mijn stukjes warm te maken om het politieke spel nog meer te volgen dan voor 1 jan.2015.

In mijn laatste stukje zal ik echter ook proberen aan te geven hoe dit “volgen” simpeler kan dan ik zelf twee jaren lang gedaan heb. De column waarin ik van plan ben dit uit te leggen zal zeker mijn laatste stukje zijn omdat ik me daarmee dan zelf overbodig heb gemaakt terwijl het hectische leerjaar van invoering Zorg en Participatie voorbij is.

In zoverre dus mijn uitgebreid antwoord aan het raadslid, wat ik van harte heb bedankt voor de betrokkenheid en de mooie prettige reactie op dit schrijven.

U zult, als lezer, inmiddels ook mee gekregen hebben dat dit mijn voorlaatste stukje zal zijn.

Tot de volgende keer. Jan Tak

U bent hier