De bloeimaand
De bloeimaand
Maandelijkse column door Herman Beuvens
Mei 2010
De naam van de maand mei, die nu begonnen is, komt van het latijnse Maius en is waarschijnlijk afgeleid van de Romeinse godin Maia.
De oude naam van de maand mei is de bloeimaand en dat klopt ook wel want deze maand zullen een heleboel planten in bloei komen te staan.
Het is een feest om deze maand buiten in de natuur te lopen of te fietsen. U komt ogen en oren te kort om alles wat nu bloeit te bekijken en alles wat nu roept en zingt te beluisteren. Al die activiteiten hebben maar een doel: zorgen voor het nageslacht, zorgen dat de soort blijft voortbestaan.
Bloemen zijn de geslachtsorganen van de planten. Met hun vormen, geuren en kleuren zijn ze levende reclameborden die door de plant worden gebruikt om insecten te lokken. Die komen naar de bloemen omdat ze daar voedsel kunnen vinden: nectar en stuifmeel. Zo wordt stuifmeel van de meeldraden van de ene bloem overgebracht naar de stempel van een naburige bloem. Dat wordt het begin van een zaadje dat straks, als het volgroeid is, de oorsprong van een nieuwe plant zal gaan vormen.
Een plant zou ik deze keer even in Uw speciale aandacht willen aanbevelen: het fluitenkruid.
Het is een schermbloemige. Dat wil zeggen dat de vele kleine witte bloempjes in grote schermen aan de stengels zitten. We zien deze plant met zijn fijn geveerd blad in lange rijen langs weg- en slootkanten staan. Deze bij uitstek Hollandse plant heeft daar ook zijn bijnaam, Hollands kant, aan te danken.
Dankzij al die bloeiende planten is er nu ook een druk insectenleven want er is immers voedsel in overvloed. Veel insecten betekenen veel vogels want ook voor hen is er nu veel eten, zo veel dat er genoeg is om een of meerdere nesten jongen groot te brengen.
Merel, zanglijster, roodborst, winterkoning, heggenmus, vink en vele andere vogels kunt U nu in Uw tuin druk bezig zien met het verzamelen van voedsel voor hun jongen. Vaak zijn ze al bezig met hun tweede gezin van dit jaar. Hun voedselzoekgebied, hun territorium, beschermen ze tegen soortgenoten door op strategische plaatsen daarvan luid te gaan zitten zingen. Ze geven daarmee aan hun soortgenoten te kennen: dit is mijn stek, afblijven en wegwezen!
Herman Beuvens