Leven onder de grond
Leven onder de grond
Maandelijke column door Herman Beuvens.
januari 2009
De langste nacht, en dus ook de kortste dag van deze winter zijn al achter de rug. Dat betekent dat de dagen weer gaan lengen als voorbereiding op de lente hoewel dat nog wel even kan duren.
Het lijkt nu rustig in de natuur maar er is toch leven genoeg.
Onder de sneeuw of onder de bevroren laag grond gaat het leven verder bijvoorbeeld dat van de mol.
We krijgen hem bijna nooit te zien alleen de resultaten van zijn ondergrondse graafwerk, de molshopen, verraden zijn aanwezigheid.
Het is een zoogdier, mevrouw mol brengt dus levende jongen ter wereld. Bijna hun hele leven brengen ze onder de grond door en daar is hun lichaam helemaal op aangepast. Dat is zo'n 11 tot 17 cm lang en voorzien van een spitse snuit en een klein staartje.
Het meest opvallende echter zijn de poten, vooral de voorpoten.
Die zijn groot en breed en voorzien van lange platte nagels. Ze zijn uitstekende graafinstrumenten waarmee hij onder de grond zijn weg kan zoeken. Met zijn gestroomlijnde vorm en zijn brede graafpoten kan een mol onder de grond een redelijke snelheid ontwikkelen. Onder gunstige omstandigheden, dus geen keiharde grond of veel boomwortels kan hij zich onder de grond bijna net zo snel voortbewegen als wij, in een rustig wandeltempo, bovengronds.
Enkele keren per dag doorkruist de mol zijn jachtgebied, een stelsel van ondergrondse gangen, op zoek naar insecten maar vooral regenwormen die daar in terecht zijn gekomen.
Bij zijn jacht gebruikt de mol voornamelijk zijn gehoor, reukzin en tastzin.
De mol heeft ook ogen en daar kan hij verrassend goed mee zien tenminste als ze niet, zoals soms wel een voorkomt, bedekt zijn met een huidplooi.
De mol is behalve een snelle loper ook een goede en ook vrijwillige zwemmer zodat ondergelopen gangen voor hem geen probleem zijn.
Hij komt ook af en toe een kijkje boven de grond nemen en vooral in deze tijd is dat voor hem een riskante onderneming. U kunt nu vaak zien dat molshopen "bewaakt" worden door een buizerd in de hoop dat de ondergrondse bewoner zijn neus even buiten de deur steekt. Maar ja dat is het leven in de natuur: eten en gegeten worden ook als je lekker diep onder de grond leeft.
Herman Beuvens