SP stelt vragen over veiligheid langs het spoor
SP stelt vragen over veiligheid langs het spoor
In de raadsvergadering van 13 december werden de plannen voor de herinrichting van de Stationsstraat besproken. Daags daarvoor hebben de raadsleden extra informatie ontvangen over de veiligheid in de Stationsstraat en omgeving. Om die veiligheid beter te kunnen garanderen wil de SP extra maatregelen bij de herinrichting.
Jaarlijks komen er ruim 7000 tot 8000 wagons met een gevaarlijke lading over het spoor dwars door de binnenstad. Deze lading varieert van brandgevaarlijke gassen tot giftige gassen en vloeistoffen. Volgens berekeningen zullen er naar verwachting als er op dit moment een wagon verongelukt ruim 3000 slachtoffers kunnen vallen. Na 2007 en als de nieuwbouw aan de stationsstraat zal zijn gerealiseerd zal dat aantal dalen tot ruim 300 slachtoffers.
Het is echter verbijsterend in diezelfde informatie te moeten lezen dat de hulpverleningsorganisatie op zulke grote rampen niet is voorbereid.
Het aantal slachtoffers zal, in de nieuwe situatie nog lager kunnen komen te liggen als er bij de bouw van de woningen en winkels enkele bouwkundige maatregelen kunnen worden genomen. Helaas kunnen deze maatregelen door de overheid niet dwingend worden voorgeschreven.
De SP vindt deze situatie uiterst zorgwekkend en heeft dan ook een brief naar het college van B&W gestuurd. De gemeente heeft geen enkele invloed op dat wat er via het spoor wordt getransporteerd. In de brief wordt aan het college wel gevraagd om er ten minste voor te zorgen dat de hulpverleningsorganisaties voldoende zijn toegerust om een dergelijke ramp te bestrijden.
Ook vraagt de SP een dergelijke veiligheidsanalyse te laten uitvoeren naar de andere woonlocaties aan of nabij het spoor.
De brief van de SP aan het college:
Weert 19 december 2006
Vragen ex art. 40 RvO met verzoek om schriftelijke beantwoording.
Betreft: Veiligheid Stationsstraat en omgeving spoorlijn.
Geacht College,
Op dinsdag 12 december ontvingen wij van u informatie over het vervoer van gevaarlijke stoffen via het spoor door Weert, zowel nu als in de nabije toekomst. Tevens ontvingen wij informatie over de gevolgen die deze transporten hebben voor de veiligheid van de omwonenden. Deze informatie is, naar de mening van onze fractie, ronduit verbijsterend.
In 2004 zijn in totaal 7750 wagons met een gevaarlijke lading via het spoor door de binnenstad van Weert vervoerd. Volgens de prognoses van ProRail zal dit aantal in de komende jaren oplopen tot 8150 wagons per jaar. Een lichtpuntje hierbij is dat het aantal wagons met een gevaarlijke lading klasse A (brandbare gassen) met 75% zal dalen, doordat in de loop 2007 dit vervoer hoofdzakelijk langs de Betuwelijn plaats zal vinden. Daar staat tegenover dat het aantal wagons met zeer brandbare vloeistoffen of met zeer toxische vloeistoffen aanzienlijk zal stijgen. De grootste risico’s worden zowel nu, als in de nabije en de verre toekomst, gevormd door het vervoer van toxische stoffen.
Uit de stukken blijkt dat de regionale Rampenbestrijdingorganisaties voorbereid zijn op een ramp van het zogenaamde ramptype “ongevallen met giftige stoffen in de openlucht” en wel tot
grootte III. Dat wil zeggen dat men voorbereid is op een ramp waarbij ca 80 gewonden en ca 20 dodelijke slachtoffers kunnen vallen.
Uit de ons toegezonden stukken blijkt dat, als zich in de huidige situatie op het spoor een ongeval voordoet met giftige stoffen in de openlucht, er tot mogelijk 3700 slachtoffers kunnen vallen.
Volgens de ons toegezonden informatie is de capaciteit van de regionale hulpverlening hiervoor niet toereikend.
Als het geplande woning- en winkelcomplex aan de Stationsstraat zal zijn gerealiseerd en uitgaande van de nieuwe vervoerprognoses na 2007 wanneer de Betuwelijn in gebruik zal zijn genomen, zou volgens de berekeningen een ramp zoals boven omschreven tot 350 slachtoffers kunnen leiden.
Ook voor een dergelijk ongeval is de hulpverleningscapaciteit onvoldoende.
Om het aantal mogelijke slachtoffers te beperken, zal een aantal maatregelen genomen moeten worden, waardoor bezoekers en bewoners van het nieuwe complex tijdig gewaarschuwd kunnen worden en de mogelijkheid krijgen te kunnen vluchten: zelfredzaamheid.
Gezien het bovenstaande hebben wij een aantal vragen aan het college.
- In de bijlage “Verantwoording Groepsrisico Stationsstraat” worden door de regionale brandweer en aantal maatregelen voorgesteld met betrekking tot het nieuw te bouwen woon- en winkelcomplex. Veel van die maatregelen, zo staat in die zelfde bijlage, zijn óf niet afdwingbaar óf redelijkerwijs niet te eisen óf gezien de stand van het project niet meer voor te schrijven óf publiekrechterlijk niet afdwingbaar. Welke mogelijkheden ziet het college om deze bouwkundige voorzieningen toch te realiseren teneinde het aantal mogelijke slachtoffers te beperken.
- Ziet het college mogelijkheden en is het college bereid te proberen de hulpverleningsorganisatie zodanig te reorganiseren of te vergroten, zodat bij een mogelijke ramp de hulpverlening toereikend is?
- Is een dergelijke veiligheidsanalyse ook uitgevoerd voor andere concentraties van woningen rond en langs het spoor bijvoorbeeld “de Citadel”, de Parallelweg, de wijken Fatima en Keent, enz?
- Indien bovenstaande analyses niet zijn uitgevoerd bent u dan bereid deze alsnog te laten uitvoeren?
Namens de fractie van de SP,
H. Beuvens, J. Tak
- Zie ook:
- Giftreinen
- Fractie