Het is weer paddestoelentijd
Het is weer paddestoelentijd
Maandelijke column door Herman Beuvens
September 2009
Het is al bijna herfst en dat betekent dat we weer overal paddestoelen kunnen zien. Veel paddestoelen komen het hele jaar voor maar de herfst is toch wel het hoogtepunt voor de paddestoelenliefhebber.
Paddestoelen zelf zijn alleen maar vruchtlichamen, te vergelijken met de appels aan een appelboom. De eigenlijke plant, de paddestoelenplant, zit verborgen in de grond of het hout waar de paddestoel uit tevoorschijn komt.
Die paddestoelenplant is een samenstelling van heel dunne, meestal witte draden en wordt een zwamvlok genoemd.
De paddestoel die uit deze zwamvlok tevoorschijn komt zorgt, net als de vruchten aan een plant, voor de voortplanting. In de paddestoel zitten namelijk miljarden en miljarden sporen. Die sporen kunnen in de natuur, onder gunstige omstandigheden, uitgroeien tot een nieuwe zwamvlok.
De sporen kunnen op twee manieren aan of soms in de paddestoel groeien. Op de eerste plaats aan een steeltje en op de tweede plaats in een soort zakje.
Wetenschappelijk worden de paddestoelen dan ook ingedeeld in twee grote groepen: de steeltjeszwammen of basidiomyceten en de zakjeszwammen of ascomyceten. Deze verschillen zijn alleen onder een microscoop zichtbaar en dus in het veld wat moeilijk te hanteren.
We kunnen de paddestoelen ook indelen naar de functie en plaats van de paddestoel, lees zwamvlok, in de natuur.
Op die manier onderscheiden we drie groepen: de saprofieten, de parasieten en de mycorrhizasimbionten.
Saprofieten zijn paddestoelen die dood, organisch materiaal verteren dus omzetten eenvoudiger organische verbindingen en uiteindelijk in kooldioxide en water. Dood, organisch materiaal is bijvoorbeeld dood hout, afgevallen bladeren en naalden maar ook vogelveren en humus.
Parasieten zijn paddestoelen die levend organisch materiaal aantasten, meestal bomen maar er zijn ook paddestoelen die rupsen en poppen aantasten en verteren.
Tenslotte de mycorrhizasimbionten. Dat zijn paddestoelen die in simbiose leven met bomen. We spreken van een simbiose als twee levende wezens samenleven en daar beide voordeel van hebben.
De zwamvlok van de paddestoel vormt samen met de wortels van de boom een geheel, een zogenaamd mycorrhiza. De zwamvlok krijgt van de boom suikers en andere voedingsstoffen waardoor hij kan groeien. De boomwortels kunnen dankzij de zwamvlok veel beter en uit een veel groter volume water en de daarin opgeloste mineralen uit de bodem opnemen. Zowel paddestoel als boom hebben dus voordeel van deze samenwerking.
Herman Beuvens.