Spinnen
Spinnen
Maandelijke column door Herman Beuvens.
September 2008
Het heeft acht poten, is een geduchte rover en heeft gifklieren die een van de meest sterke vergiften in de natuur produceren. Geen wonder dat de meeste mensen als de dood zijn voor hem: de spin.
Gelukkig voor ons hebben wij zo'n dikke huid en zijn de kaken van de spin zo zwak dat geen enkele spin daarmee de menselijke huid kan doorboren. De spinnen behoren, net als de insecten, tot de geleedpotigen maar daarmee houdt de vergelijking tussen die twee soorten ook op.
Heel veel insecten, er zijn meer dan een miljoen soorten bekend, voeden zich met plantaardig materiaal terwijl vrijwel alle spinnen jagers zijn. Hun hoofdvoedsel bestaat vooral uit insecten. Er zijn veel minder spinnen dan insecten: slechts ongeveer 50.000 soorten.
Insecten hebben twee facetogen waarmee ze uitstekend kunnen zien, spinnen daarentegen hebben 6 tot 8 enkelvoudige ogen waarmee ze maar heel slecht kunnen zien.
De meeste insecten kunnen vliegen en spinnen niet. Jonge spinnen zijn echter zo licht dat ze zich aan een spindraad door een zacht windje over grote afstanden door de lucht kunnen laten vervoeren. Wil een spin een luchtreis gaan maken dan klimt hij naar een hooggelegen punt. Daar gaat hij met zijn kop in de wind zitten en spint enkele draden. Zodra de wind genoeg vat heeft op de draden gaat de spin op zijn tenen staan en laat zijn houvast los. Op deze wijze zweeft hij met zijn eigen gemaakt zweefvliegtuig op weg naar onbekende bestemmingen.
Spinnen leggen eieren en verzorgen die totdat ze uitkomen. Ook de larven en de jonge spinnetjes genieten nog even de bescherming van moeder. Het grootste gevaar voor de jonge spin in die periode wordt gevormd door zijn broertjes en zusjes. De kleinste en zwakste leden van het gezin worden vaak door de andere als extra voedsel gezien. Hier is dus sprake van kannibalisme.
Eerst als ze op eigen benen gaan staan, na ongeveer een week, zijn ze veilig voor hun eigen familie.
In de groep van de spinachtigen, de arachnida, zitten behalve de spinnen nog vier andere families die hier in Noord-Europa leven: de schorpioenen, de pseudoschorpioenen, de mijten en teken en de hooiwagens. Met uitzondering van de mijten en teken die, voor mens en dier soms heel gevaarlijke, parasieten zijn, zijn alle andere families geduchte jagers.
Herman Beuvens