h

Pril groen

1 april 2007

Pril groen


Maandelijke column door Herman Beuvens.
April 2007

April is de maand van het nieuwe, tere groen. Bij een aantal bomen gaan de bladknoppen zich langzaam openen. Hierdoor lijkt het alsof deze bomen bedekt zijn met een fijn, teer, groen waas. Het eerst is dit te zien bij de vertegenwoordigers van de populierenfamilie waar ook de wilgen bij horen. Er zijn over de hele wereld ongeveer 300 soorten wilgen bekend. Bijna allemaal laten ze zich heel gemakkelijk stekken. Als een wilgentak in de grond wordt gestoken zal deze in negen van de tien gevallen wortels vormen en, afhankelijk van de soort, uitgroeien tot een boom of een struik.

De meeste knotwilgen die U soms aan de kant van weilanden ziet staan zijn hun leven begonnen als weipaal om de afrastering aan vast te maken. Meestal zijn dit schietwilgen, een soort die wel bijzonder makkelijk wortels vormt. Als de schietwilg niet wordt geknot kan hij na 20 jaar een boom van ongeveer 16 m hoog worden.

Een andere wilg die tegenwoordig veel als sierplant in tuinen en openbaar groen wordt aangeplant is de kronkelwilg of kurketrekkerswilg. Het is een van de eerste wilgen die uitlopen en zijn takken worden, de laatste jaren, veel gebruikt als paasversiering. Alleen de waterwilg en de kraakwilg zijn niet of nauwelijks te stekken.

Van de populieren zijn er, in onze klimaatzone, ongeveer 30 soorten bekend. Ze komen doorgaans wat later in het groen dan de wilgen. Een heel bekende populier is de Italiaanse populier. Het is een Italiaanse variëteit van de hier inheemse zwarte populier en afkomstig uit Lombardije. Het is een hoge, slanke zuilvormige boom doordat de takken van de kroon schuin omhoog steken en de boom daarmee zijn kenmerkende silhouet geven. Het is een gewilde boom bij kraaien en eksters omdat die hun nesten graag zo hoog mogelijk bouwen.

Een andere populier die hier veel aangeplant wordt voor de houtproductie is de Canadese populier. Het bijzondere kenmerk van deze boom is dat hij als een van de laatste in blad komt en daarom in het voorjaar als ogenschijnlijk dode boom in het landschap staat.

Voordat de bomen in het bos helemaal in blad staan en het merendeel van het zonlicht onderscheppen komen nu de echte bosplanten in bloei. Hier, in het Weerter land komen die niet overvloedig voor maar in het Leudal of in Zuid-Limburg kunt U deze bosflora uitgebreid bewonderen.

Enkele heel opvallende planten zijn de bosanemoon, witte klaverzuring, sleutelbloem (primula!), daslook, aronskelk en niet te vergeten het speenkruid. Andere, minder opvallende bosplanten zijn o.a. het muskuskruid en de diverse soorten viooltjes. Het muskuskruid heeft bloeistengeltjes waarop bovenaan vijf kleine, groene bloempjes zitten in de vorm van een kubus. Zeker de moeite waard om die eens een keer met een loep te bekijken. Al die vroege bloeiers hebben een ding gemeen. Ze hebben het vorig jaar, ondergronds, een voedselvoorraad aangelegd in de vorm van bollen, knollen of wortelstokken zodat ze meteen in het vroege voorjaar bladeren, bloemen en zaad kunnen gaan vormen.

Herman Beuvens

U bent hier